‘Benzine en diesel blijven nog lang dominant in tankstation-sector’

Traditionele brandstoffen als benzine en diesel vervullen nog lange tijd een vooraanstaande rol in de verkoop bij tankstations. Zowel voor personenauto’s als voor zwaardere voertuigen worden alternatieve brandstoffen pas over geruime tijd op grote schaal ingezet. Dat zeiden diverse experts op dit gebied tijdens het Nationaal Tankstation Congres, waar aandacht werd besteed aan de brandstofmix van de toekomst en de mogelijkheden hierbij voor pomphouders.

Traditionele brandstoffen als benzine en diesel vervullen nog lange tijd een vooraanstaande rol bij de verkoop bij tankstations. Zowel voor personenauto’s als voor zwaardere voertuigen worden alternatieve brandstoffen pas over geruime tijd op grote schaal ingezet. Dat zeiden diverse experts op dit gebied tijdens het Nationaal Tankstation Congres van vorige week, waar aandacht werd besteed aan de brandstofmix van de toekomst en de mogelijkheden hierbij voor pomphouders.

Transitie

Dat dit decennium al een grootschalige transitie plaatsvindt bij personenauto’s is niet de verwachting. Voor het zware wegtransport is die omslag nog verder weg dan voor kleinere voertuigen. Erik Kemink, directeur van CNG Net en LNG24, was een van de sprekers tijdens het congres en voorspelde dat in 2020 nog 94 procent van de brandstofplas uit benzine en diesel bestaat. In 2030 is dat nog altijd 83 procent. ”Bovendien zijn de traditionele brandstoffen in 2050 echt niet op”, aldus Kemink.

Momenteel is er zelfs sprake van een overcapaciteit van traditionele brandstoffen. De omzet bij raffinaderijen staat zwaar onder druk door moordende concurrentie. ”Ondernemers kunnen daar hun voordeel mee doen”, denkt Josefine Ahlstrom Zij is vice president business development bij Argus Media, een bedrijf dat marktinformatie levert op het gebied van brandstoffen. ”Het is een buyers market.” Met andere woorden de tankstation-ondernemers zijn in het voordeel, omdat het aanbod van benzine en diesel groter is dan de vraag.

Duurzaam

In de Visie op de Duurzame Brandstofmix van de toekomst, opgesteld door de overheid in samenspraak met ruim honderd marktpartijen, blijkt ook dat de ’ouderwetse’ brandstoffen nog lang een vooraanstaande rol spelen. Zo ligt voor waterstof de overheidsfocus de komende jaren op het voorbereiden van de markt. Een grote uitrol is nog niet aan de orde.

Het doel is om in 2020 tweehonderdduizend personenauto’s te laten rondrijden met behulp van aandrijving op basis van duurzame brandstoffen of energiedragers. Dat is ongeveer 2,5 procent van het totale wagenpark van kleinere voertuigen. Voor vrachtauto’s is er momenteel nog geen zicht op goede alternatieven die binnen afzienbare tijd op grote schaal kunnen worden ingezet als vervanger van diesel.

Ministerie

”Voor vrachtauto’s blijft diesel nog heel lang heel groot”, zei Pieter Wouters (foto) van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Hij sprak ook op het congres en was nauw betrokken bij de totstandkoming van eerdergenoemde overheidsvisie. ”Voor personenvoertuigen zijn waterstof en elektriciteit heel belangrijk richting 2050. Tot die tijd zetten we in op plug-in hybrides en biobrandstoffen.” Al is de verwachting dat die laatste twee varianten tussenoplossingen zullen zijn.

Kemink verwacht dat over zestien jaar ongeveer vijf procent van de totale brandstofplas uit cng bestaat en eenzelfde aandeel elektrisch is. Andere alternatieven, zoals lpg, lng en waterstof bestrijken tegen die tijd een nog kleiner deel van de markt. In 2030 zijn er volgens hem ongeveer vijfhonderd openbare cng-vulpunten en zo’n honderd openbare lng-locaties. Het aantal waterstof-stations zal maximaal tweehonderd zijn.

Pomphouders

Dat pomphouders nog lang moeten wachten met investeren, vindt hij echter niet. Voor ondernemers liggen er nu al kansen. ”Stel, een transportbedrijf bij jou in de buurt wil enkele voertuigen op duurzaam gas laten rijden. Dan kun je die auto’s prima bij jou laten tanken. Want de kans is groot dat diezelfde transporteur ook zijn dieselvoertuigen bij jou volgooit. Daar kun je als tankstation-ondernemer van profiteren.”

Ook Wouters ziet een belangrijke rol weggelegd voor pomphouders, omdat zij de brandstoffen van de toekomst kunnen aanbieden. Hij verwacht dat in 2030 het kip-ei-probleem al grotendeels is opgelost en dat er dus tegen die tijd al veel aanbieders van alternatieve brandstoffen zijn.

Waterstof

Dat is ook het tijdspad waar Jaap Oldenziel van Air Liquide aan denkt. Dat Franse bedrijf is initiatiefnemer en exploitant van het enige openbare waterstofstation in Nederland, in Rhoon. Oldenziel sprak tijdens het congres over de toekomst van waterstof als aandrijving voor personenvoertuigen.

”We verwachten dat er in Nederland ongeveer tienduizend waterstofauto’s rondrijden over zeven tot acht jaar en willen in 2020 ongeveer twintig vulpunten hebben gerealiseerd, al dan niet bij bestaande tankstations. Tegen die tijd willen we ook vijftig procent van de waterstof uitstootvrij opwekken, via elektrolyse.”

Energieakkoord

In het energieakkoord dat door de overheid en diverse maatschappelijke organisaties is opgesteld, staat dat vanaf 2035 alle voertuigen in staat moeten zijn om uitstootvrij te rijden. ”Waterstofauto’s kunnen aan die maatstaf voldoen. Daarom denken we dat daar op lange termijn een goede markt voor is”, legde Oldenziel uit.

Dat denkt ook Ritsaart van Montfrans, al ziet hij tevens een belangrijke rol weggelegd voor batterij-elektrische auto’s. Van Montfrans is namelijk oprichter en eigenaar van The New Motion, een bedrijf dat momenteel een landelijk dekkend netwerk van laadpalen exploiteert bij onder meer fastfoodketens als Autogrill en McDonald’s. Ook bij bestaande tankstations kunnen laadpalen worden gerealiseerd.

Ondernemer

”In alle toekomstscenario’s loopt benzine terug”, meldt hij. ”Dat er een omslag komt, lijdt geen twijfel. Je kunt het als tankstation-ondernemer laten gebeuren of je kunt ervan profiteren.”

Ook marktleider Shell was aanwezig op het congres en sprak daar over de brandstof ’gas to liquids’ (gtl). De Brits-Nederlandse energiereus gelooft dat dat voor onder andere het zware wegverkeer, openbaar vervoer en rondvaartboten een belangrijk aandrijvingsmiddel is.

Shell

”OV-bedrijven die gtl als brandstof gebruiken, hebben bij aanbestedingen een streepje voor, omdat ze duurzaam rijden”, aldus Guy de Kort, gtl-specialist bij Shell. Voor dergelijke bedrijven kan het dus interessant zijn om over te stappen. De oliemaatschappij verkoopt het op dit moment op vier stations en wil dat aantal langzaam in de toekomst uitbreiden.

Een tankstation-ondernemer die momenteel al investeert in duurzaamheid is Clemens van Hulten. Hij was tot vorige week voorzitter van Bovag Tankstations en sprak ook tijdens het congres, onder meer over het exploiteren van een laadpaal voor elektrische voertuigen. ”Ik geef de elektriciteit op mijn station gratis weg. Het belangrijkste doel is het verbeteren van mijn imago. Qua omzet is die laadpaal minder belangrijk. Vooral de shop moet voor opbrengsten zorgen.”

Overheid

Zijn collega-ondernemer en Beta-voorzitter Petra van Stijn ziet vooral toekomst in waterstof. In het recente verleden had ze al een waterstof-vulpunt op haar station in Arnhem. Het aantal vertankingen viel echter fors tegen, waardoor ze stopte. Toch is ze momenteel weer bezig met het realiseren van een nieuw vulpunt voor waterstof. Zij verwacht dat die energiedrager op termijn toch een belangrijke inkomstenbron kan worden voor pomphouders. Al gaf ze aan dat meer duidelijkheid vanuit overheden wenselijk is, zodat tankstation-ondernemers daar hun langetermijnbeleid op kunnen afstemmen.

Tom van Gurp

Lees ook: Download de presentaties van het Nationaal Tankstation Congres

Lees ook: Alleen toekomst voor fullservice stations en onbemand

Auteur: Tom van Gurp